Purmerend – Het onderzoek naar de bodemkwaliteit van de kunstgrasvelden op de Van IJsendijkstraat en de Savannestraat is onjuist uitgevoerd. Ook de verstrekte conclusies aan de raad geven niet weer wat de achterliggende cijfers laten zien. Kwinfra (Alkmaar) voerde in november 2017 het onderzoek uit. Op 23 januari j.l. diende Stichting Kom van dat gras af (Leeuwarden) een melding bodemsignaal in bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De stukken zijn ook doorgestuurd naar de tweede kamer.
Op 15 december meldde het college in een memo aan de gemeenteraad dat er geen sprake zou zijn van bodemverontreiniging:
Er is in november verkennend bodemonderzoek uitgevoerd door onderzoeksbureau Kwinfra naar de chemische kwaliteit van de bodem bij 2 kunstgrasvelden in Purmerend, namelijk op het oudste kunstgrasveld (voetbalveld Savannestraat 51, aangelegd in 2004) en een recent aangelegd kunstgrasveld (rugbyveld Van IJsendijkstraat 367, aangelegd in 2015). Hieruit blijkt dat de bodem onder de constructies niet is verontreinigd. Oftewel: het gebruik van rubbergranulaat op de onderzochte kunstgrasvelden heeft geen nadelige invloed op de kwaliteit van de onderliggende bodem.
Melding bodemsignaal
Stichting Kom van dat gras af (KVDGA) liet de onderzoeksresultaten analyseren door een tweetal bodemdeskundigen. Deze deskundigen kwamen met andere conclusies. Daarop diende de stichting een melding bodemsignaal in bij het ministerie. De gemelde overtredingen gaan over artikel 16 en artikel 18 van het Besluit Bodemkwaliteit. Kort samengevat houdt dat in:
-
Werken niet conform normdocument (art. 16 Besluit Bodemkwaliteit)
- Gebruiken van het resultaat van een werkzaamheid, dat geen betrouwbaar beeld verschaft (art. 18 Besluit Bodemkwaliteit)
In een telefonisch interview met Regio Purmerend laat voorzitter Sebas Veenstra weten de situatie in Purmerend zeer verontrustend te vinden. “Je kunt niet van raadsleden verwachten verstand te hebben van dergelijke gespecialiseerde onderzoeken. De tekstuele conclusies van het onderzoek laten een heel ander beeld zien dan de cijfers. Ook zijn er op bepaalde punten monsters afgenomen op een manier wat totaal niet mag. Vijf monsters mengen, waar het conform de gebruikte methode maar vier monsters mogen zijn en er dan vervolgens maar drie in de tabelresultaten opnemen. Daarmee manipuleer je de uitkomst.
Op de Savannestraat (red. aangelegd in 2004) is duidelijk een indicatie gekregen van verontreiniging, zeker als men dit vergelijkt met de Van IJsendijkstraat. Zink en olie komen duidelijk verhoogd voor. De conclusie die men trekt: “geen enkele aanleiding tot urgente of vergaande maatregelen op de sportcomplexen” deugt dus niet. Op het oudere veld komen duidelijk hogere gehalten aan zink en olie voor dan op het recent aangelegde veld.”
Gevaar voor onze kinderen
Hoe gevaarlijk is het rubbergranulaat op de speelvelden nu concreet voor onze kinderen? Op die vraag geeft Sebas een overdenkertje:
Laat eens de gedachten er over gaan wat het nu eigenlijk betekent dat bijvoorbeeld voor de velden in Utrecht bij de onderzoeken van het zand met infill (dus het instrooisel) een veiligheidsklasse T1 wordt geadviseerd door BK Ingenieurs. De ARBO regelgeving kent het verschil tussen bodem en grond niet (tenminste, niet dat ik weet). Dat betekent concreet dat bij het werken met de verontreinigde grond er veiligheidsmaatregelen getroffen moeten worden.
Bij veiligheidsklasse T1 hoort een maatregelenpakket, vast te stellen door een veiligheidskundige. Dus als je er mee gaat werken moet men zich aan deze veiligheidsmaatregelen houden. Denk hierbij aan een overall, handschoenen, niet eten/drinken, etc. Het is echter wel veilig om de kinderen er in hun korte broek op te laten spelen, hun glaasje ranja te laten nuttigen in de rust.
Specialisten
Veenstra stuurt na het interview nog wat stukken door aan onze redactie. Mailwisselingen met de bodemspecialisten over de uitkomsten. Zo schrijft een van de specialisten:
In de bijlagen geeft men een beschrijving van de begrippen ernst,urgentie en saneringswaarden. Men doet dat zonder erbij te vertellen dat dit geldt voor gevallen van verontreiniging van voor 1987. Vanaf 1987 geldt de zorgplicht, oftewel: volledig opruimen, los van ernst, urgentie en saneringswaarden.
De andere specialist merkt ondermeer het volgende op:
Hier wordt op cruciale punten afgeweken van de geldende normen. De beschreven strategie (VED-HE) laat slechts het mengen van maximaal 4 deelmonsters toe. Er zijn echter, juist bij de bermen, 5 deelmonsters gemengd. Zo bestaat mengmonster MM13 uit 5 deelmonsters. Hiervoor moet je echter wel het certificaat bekijken, want in de tabel op pagina 16 staan slechts 3 deelmonsters vermeld.
Daarnaast is niet onderscheidt gemaakt in de toplaag (10 cm) en de onderliggende laag. Op pg 12 wordt omschreven dat “granulaatkorrels in de naastgelegen bermen en op de paden wordt aangetroffen. Dit kan duiden op een mogelijke verontreiniging van de bodem. De mate van verspreiding varieert van enkele korrels tot duidelijk waarneembare ophopingen”. De 3e foto in de fotobijlage laat dit beeld ook duidelijk zien. Daarmee is de hypothese/bodembelasting niet juist vertaald naar de monstername. Het is ook verbazend dat dit nergens in profielbeschrijvingen het aantreffen van de korrels vermeld wordt. De eerste 2 cm, zijnde “zode” zijn niet bemonsterd, maar ook hier zijn geen korrels vermeld. Ook dit is een duidelijke afwijking op de norm (NEN5740) en de BRL2000 (niet beschrijven van de zintuiglijke waarnemingen, nemen monsters van mogelijk verschillende kwaliteit)
Stichting KVDGA begon als een werkgroep van bezorgde ouders. Gaandeweg wilden ze meer daadkrachtig kunnen optreden, daarom werd na een aantal maanden een stichting opgericht. Inmiddels is de stichting landelijk actief. En heeft in veel gemeenten positieve resultaten bereikt.
Foto: Dirk Groot
Relevante artikelen:
Purmerendse kunstgrasvelden in uitzending Zembla
Mogelijke milieuverontreiniging kunstgrasvelden onderzocht
“Geen bodemverontreiniging” onder kunstgrasvelden
