Alkmaar – Een 54-jarige Purmerender heeft van de politierechter in Alkmaar een taakstraf van 120 uur en een schadevergoeding van 500 euro opgelegd gekregen. Volgens de rechter is er sprake van mishandeling in vereniging. De Purmerender is het pertinent niet eens met het vonnis van de rechter en is inmiddels in hoger beroep gegaan.
Op 6 september van dit jaar zouden de 16-jarige zoon van M. en een medewerkster van de Febo aan de Koestraat in Purmerend onenigheid hebben gekregen. M. was zelf voormalig eigenaar van de snackbar en ging samen met zijn zoon verhaal halen bij de medewerkster. Op de camera-beelden van de Febo zou te zien zijn dat M. agressief de keuken in stormde en geweld gebruikte. Ook de rechter acht het geweld bewezen en legde M. een taakstraf en een schadevergoeding op. De zoon van M. moet zich op een later moment voor de kinderrechter verantwoorden.
Zij begon, maar M. is de oudste. Hij had beter moeten weten, aldus de rechter.ANOUK VOGELAAR – ADVOCAAT M.
“Ik luister altijd met een kritisch oor naar mijn cliënten”, vertelt Anouk Vogelaar. Zij behartigt als advocaat de belangen van M. in deze zaak. “Je wilt niet weten hoe vaak mensen de waarheid verdraaien. Maar in dit geval zijn er scherpe camerabeelden met geluid en is het voor mij zo klaar als een klontje.”
Er is op de beelden geconstateerd dat de meerderjarige medewerkster zelf begon met geweld. De rechter vindt dat M. als oudste beter had moeten weten. Vogelaar: “Zij begint en van de rechter had M. niet moeten afhouden, maar weg moeten lopen. Dat was niet mogelijk, want zij blokkeerde de uitgang van de smalle keuken van de snackbar. Er was hier geen sprake van agressie, het was verweer. Een agressor tegenhouden met gepast geweld. Van het dichtknijpen van een keel was absoluut geen sprake. Bovendien is het erg bijzonder dat M. is veroordeeld voor mishandeling in vereniging. Dat is een mishandeling die wordt uitgevoerd door meer dan één persoon. Bovendien verdedigde de zoon de vader, de zoon kwam pas later binnen. De zaak van de zoon dient pas in februari of maart.”
Camerabeelden met belastend materiaal mocht niet worden ingebracht
M. had nog steeds beschikking tot de camerabeelden van de snackbar, dit volgens M. met goedkeuring van de huidige eigenaar. Hij kon door de huidige eigenaar gebeld worden om beelden veilig te stellen op het moment dat er iets gebeurde en hield de software up to date. Zodoende had M. ook toegang tot de beelden in de periode na de confrontatie. “Op de beelden is een gesprek te zien en te horen tussen de medewerkster en haar leidinggevende. Zij zijn met terugwerkende kracht haar werkrooster aan het aanpassen, zodat zij kan opvoeren meer uren schade te hebben geleden. Deze beelden mochten wij niet inbrengen in de rechtszaak. In hoger beroep mag dat wel. In het geval van deze zaak heeft de politie aan M. geadviseerd om de beelden veilig te stellen.”
De huidige eigenaar van de Febo ontkent dat M. toestemming had om de beelden te bekijken of te downloaden zonder zijn toestemming. Wanneer het hoger beroep dient is nog niet bekend.