Regionaal – Minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening wil dat gemeenten meer mogelijkheden krijgen om eigen inwoners die een huis willen huren of kopen in hun gemeenten voorrang te geven ten opzichte van mensen van buiten de gemeente. Ook moeten gemeenten de ruimte krijgen om woningen toe te wijzen aan mensen met een cruciaal beroep, zoals leraren, verpleegkundigen en politieagenten. Door een wijziging van de Huisvestingswet, die naar de Tweede Kamer is gestuurd, moet dit per 2023 mogelijk zijn.
Gemeenten konden eerder al 50% van de beschikbare huurwoningen toewijzen op basis van de economische of maatschappelijke binding. Binnen die 50% mocht maximaal 25% worden toegewezen aan mensen met een lokale binding. Volgens de nieuwe Huisvestingswet mogen gemeenten voor de gehele 50% bepalen hoe zij deze ruimte verdelen tussen mensen met een economische, maatschappelijke of een lokale binding. Ze mogen dus ook de gehele 50% toewijzen aan inwoners van de eigen gemeente. Ook mogen gemeenten specifieke beroepen aanmerken als cruciaal, zodat zij die beroepen kunnen helpen bij het vinden van een woning. Daarnaast mogen gemeenten naast huurwoningen nu ook koopwoningen tot de NHG-grens (€ 355.000 in 2022) gaan toewijzen op deze grond.
Minister De Jonge: “Overal wordt de krapte op de woningmarkt gevoeld. Starters kunnen vaak op het eigen dorp geen betaalbare woning vinden, omdat de prijzen de pan uit rijzen doordat er fors wordt overboden. Vaak door mensen van buiten de regio. Ook senioren kunnen geen geschikt appartement vinden in hun eigen gemeente als ze willen doorstromen. Voor de leefbaarheid en de vitaliteit van de regio is het cruciaal dat mensen op het dorp kunnen blijven wonen als ze willen verhuizen. Door de herziening van deze wet krijgen gemeenten daar meer grip op door meer woningen toe te kunnen wijzen aan inwoners uit de eigen gemeente.”
Gemeenten maken op basis van de Huisvestingswet een eigen gemeentelijke huisvestingsverordening. Daarin staan de nieuwe lokale voorschriften. Gemeenten kunnen hiermee aan de slag zodra de Tweede en Eerste Kamer instemmen met de wet en deze officieel in werking treedt. Naar verwachting wordt dit 1 januari of 1 juli 2023, afhankelijk van de behandeling in beide Kamers.
Aanvulling:
Het gaat zowel om huur- als koopwoningen en zowel om nieuwbouw als woningen uit de bestaande voorraad die onder de Nationale Hypotheek Garantie-grens van 355.000 euro (2022) vallen.
De wetswijziging gaat voorbij aan “het essentiële probleem”: de schaarste aan betaalbare sociale huurwoningen.
Hoe gemeenten de verkoop van bestaande koopwoningen moeten reguleren is onduidelijk.
De plannen hebben mogelijk nog een lelijk kantje: het kan betekenen dat een woningeigenaar geen keuze meer heeft. Die kan zijn huis misschien niet verkopen aan iemand van buiten de gemeente die meer biedt, maar hij is gedwongen om voor een lager bod van een inwoner uit de gemeente te kiezen.
Wat Hugo WIL is nog geen uitgemaakte zaak: het wetsvoorstel moet eerst nog aangenomen worden.
Voor de huurwoningen ben ik absoluut voor.
M.b.t. de koopwoningen heb ik zorgen: is het nieuwbouw gerealiseerd door of met de Gemeente is het prima.
Maar m.b.t. koopwoningen die niet van de Gemeente zijn, heeft de Gemeente NIETS over te zeggen.
En ik ben niet de enige, die daar zo over denkt (kijk maar in de landelijke media).