Regionaal – Uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het CBS blijkt dat het vertrouwen van Nederlanders in de Tweede Kamer en politici op het laagste niveau sinds 2012 ligt. In het laatste kwartaal van 2022 had slechts 25 procent van de 15-plussers vertrouwen in de Tweede Kamer, terwijl dit voor politici met 21 procent nog lager lag.
Voor de coronapandemie had 44 procent van de Nederlanders van 15 jaar of ouder vertrouwen in de Tweede Kamer en 31 procent in politici. Aan het begin van de pandemie steeg het vertrouwen naar respectievelijk 58 en 44 procent, maar daarna nam het weer af.
Het vertrouwen in andere instituties is over het algemeen hoger. Zo heeft bijna 80 procent van de Nederlanders vertrouwen in rechters, politie en gezondheidszorg. Het vertrouwen in gezaghebbende instituties als politie en rechters is de afgelopen tien jaar zelfs iets toegenomen. Het vertrouwen in politieke instituties als de Europese Unie en de gemeenteraad is daarentegen lager en ongeveer gelijk aan het vertrouwen in banken. In kerken heeft 30 procent van de mensen vertrouwen.
Na een toename in 2020 en 2021, daalde het vertrouwen in veel instituties in 2022 weer naar een niveau van vóór de coronapandemie. Dit geldt niet alleen voor politieke instituties, maar ook voor grote bedrijven en ambtenaren. Het vertrouwen in medemensen is het hoogst onder mensen met een universitaire opleiding.
Het is nog onduidelijk wat de oorzaak is van de afname van vertrouwen in politieke instituties en de Tweede Kamer. Het onderzoek toont echter aan dat er een groeiend vertrouwen is in de medemens en gezaghebbende instituties.