De wereldkaart die we allemaal kennen, klopt niet. Althans, niet volledig. De kaart die je in veel klaslokalen of op het internet ziet, is vaak gebaseerd op de Mercatorprojectie, een methode om de bolvormige aarde af te beelden op een plat vlak. Maar deze traditionele weergave bevat grote vervormingen, vooral als het gaat om de grootte van landen en continenten. Waarom klopt de wereldkaart dan niet, en welke alternatieven zijn er?
De aarde is een bolvormig object, en als je die probeert af te beelden op een plat vlak, ontstaan er onvermijdelijk vervormingen. Dit is te vergelijken met het proberen plat maken van een sinaasappelschil zonder dat deze scheurt of rimpelt.
De meest gebruikte projectie, de Mercatorprojectie, doet dat op zo’n manier dat landen dichter bij de evenaar kleiner lijken dan ze in werkelijkheid zijn, terwijl gebieden rond de polen juist enorm vergroot worden. Daarom lijkt Groenland op veel kaarten net zo groot als Afrika, terwijl het in werkelijkheid veertien keer kleiner is.
Waarom gebruiken we de Mercatorprojectie?
De Mercatorprojectie werd in 1569 ontwikkeld door Gerardus Mercator en werd al snel populair onder zeevaarders. Het voordeel van deze projectie is dat kompasrichtingen als rechte lijnen worden weergegeven, wat navigatie eenvoudiger maakt. Hoewel het praktisch was voor zeereizen, geeft het geen accuraat beeld van de wereld zoals we die kennen, vooral niet in termen van grootte en verhoudingen tussen continenten.
Andere kaartprojecties en hun tekortkomingen
Hoewel de Mercatorprojectie de populairste is, zijn er talloze andere manieren ontwikkeld om de wereld op een kaart weer te geven, elk met hun eigen voor- en nadelen.
- De Gall-Petersprojectie, bijvoorbeeld, probeert de grootte van landen correct weer te geven. In deze projectie zien continenten rond de evenaar er veel groter uit in vergelijking met de Mercatorprojectie. Afrika lijkt bijvoorbeeld veel groter, wat overeenkomt met de werkelijkheid. Het probleem is echter dat de vorm van landen hierdoor ernstig vervormd wordt; ze worden vaak langwerpig en uitgerekt afgebeeld, vooral bij de polen.
- De Robinsonprojectie is een andere poging om een realistischer beeld te geven. Dit is een compromisprojectie die zowel grootte als vorm probeert te balanceren. Hoewel geen enkel aspect perfect is, ziet deze kaart er visueel aantrekkelijker uit en lijkt het beter op de werkelijkheid. Toch zijn er nog steeds vervormingen aanwezig, vooral aan de randen van de kaart.
- De Goode’s Homolosine-projectie splitst de aarde in secties en beperkt daardoor vervormingen van zowel de grootte als de vorm van continenten. Dit levert echter een kaart op die eruitziet alsof de wereld in stukken is gescheurd, wat niet altijd praktisch is voor bijvoorbeeld wereldwijde navigatie of klimaatstudies.
Politieke en culturele gevolgen van kaartprojecties
Kaarten zijn niet slechts technische hulpmiddelen, ze hebben ook culturele en politieke impact. De Mercatorprojectie vergroot bijvoorbeeld Europa en Noord-Amerika, wat eeuwenlang bijdroeg aan een gevoel van Westerse superioriteit. In tegenstelling tot deze projectie, kreeg de Gall-Petersprojectie populariteit in de 20e eeuw door haar meer “eerlijke” weergave van het globale zuiden, zoals Afrika en Zuid-Amerika. Deze kaart werd gepromoot in het kader van dekolonisatie en gelijke weergave, om te laten zien dat landen in het zuiden veel groter en belangrijker zijn dan vaak gedacht.
Welke kaart is het meest accuraat?
Er is geen perfecte wereldkaart. Elke projectie biedt een unieke oplossing voor het probleem van het afbeelden van een bol op een plat vlak, met elk hun eigen sterke en zwakke punten. Of je nu gaat voor een Mercatorprojectie, die handig is voor navigatie, of een Gall-Petersprojectie, die eerlijker is qua grootte, elke kaart vervormt de werkelijkheid op een bepaalde manier. Het is belangrijk om je bewust te zijn van deze vervormingen en om de juiste kaart te kiezen voor de juiste context.
Het beeld dat we hebben van de wereld is dus niet zo objectief als we misschien dachten. Terwijl je naar een wereldkaart kijkt, loont het de moeite om te onthouden dat geen enkele kaart volledig “klopt”.