Vijf minderjarigen veroordeeld voor hulp aan daders van dodelijke schietpartij in Purmerend

Purmerend – De rechtbank Noord-Holland heeft vijf minderjarige verdachten veroordeeld voor het verlenen van hulp aan de daders van een schiet- en steekincident bij het treinstation van Purmerend op 12 februari 2024. Bij het geweldsincident kwam één persoon om het leven en raakte een ander zwaargewond. De veroordeelden hebben zich volgens de rechtbank schuldig gemaakt aan het schoonmaken, verbergen en wegmaken van het gebruikte mes en vuurwapen.

De opgelegde straffen variëren van (on)voorwaardelijke jeugddetentie en een voorwaardelijke PIJ-maatregel (Plaatsing in een Inrichting voor Jeugdigen) tot werkstraffen.

Escalatie van vete

Het geweld op 12 februari was het tragische dieptepunt van een langdurige vete tussen twee rivaliserende jongerengroepen in Purmerend. Deze rivaliteit leidde eerder al tot mishandelingen, ontploffingen, wederrechtelijke vrijheidsberovingen en steekpartijen. De meerderjarige hoofdverdachten – onder wie de vermeende schutter – moeten later dit jaar voor de rechter verschijnen.

De rechtbank onderzocht onder meer of en wanneer de vijf minderjarigen het mes of vuurwapen in bezit kregen en of zij op dat moment wisten dat deze wapens waren gebruikt bij het geweldsincident. Het bewijs is grotendeels gebaseerd op telefoonverkeer en berichten op social media. Opvallend is dat de verdachten tijdens het onderzoek en de zitting grotendeels gebruikmaakten van hun zwijgrecht.

Belemmering van het onderzoek

De rechtbank acht bewezen dat de vijf minderjarigen actief hebben meegewerkt aan het vernietigen en verbergen van sporen. Het vuurwapen dat werd gebruikt bij het dodelijke incident is tot op heden niet teruggevonden. De rechter noemt het “zorgwekkend” hoe gemakkelijk de verdachten zich ontfermden over dodelijke wapens.

Bij het bepalen van de strafmaat keek de rechtbank onder andere naar de ernst van de feiten en de mate waarin de jongeren betrokken waren bij het wissen van de sporen. Alle verdachten waren volgens de rechtbank zich ervan bewust dat het mes en vuurwapen kort daarvoor gebruikt waren bij een dodelijke schiet- en steekpartij.

Zware straffen voor twee verdachten

Twee van de vijf veroordeelden stonden ook terecht voor andere misdrijven, zoals aanranding, straatroof, inbraak, bedreiging en mishandeling van hulpverleners. Eén van hen werd slechts twee dagen na de schietpartij aangehouden met het gebruikte mes op zak. Hij is veroordeeld tot 327 dagen jeugddetentie, waarvan 30 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast kreeg hij een voorwaardelijke PIJ-maatregel opgelegd.

De andere verdachte kreeg 228 dagen jeugddetentie opgelegd, waarvan 60 dagen voorwaardelijk. Beiden mogen gedurende hun proeftijd geen contact hebben met medeverdachten.

Werkstraffen voor drie anderen

De drie overige verdachten kregen werkstraffen van 90 uur, waarvan bij één 20 uur voorwaardelijk is opgelegd. Die straf is gekoppeld aan een proeftijd van één jaar en de verplichting zich te laten begeleiden door de jeugdreclassering.

Eén verdachte vrijgesproken

Een zesde minderjarige verdachte is vrijgesproken. Volgens de rechtbank kon niet worden vastgesteld dat zij wist dat de fles ammoniak die zij kocht, gebruikt zou worden om het mes schoon te maken.

De veroordelingen onderstrepen volgens de rechtbank de ernst van het strafbare gedrag. “Het gaat om zeer ernstige feiten waarbij dodelijk geweld is gebruikt, en pogingen zijn gedaan om de waarheid te verhullen,” aldus de rechter.

Update:

Relevant artikel:

AANBEVOLEN ARTIKELEN