Purmerend – Oudere Purmerenders zullen er ongetwijfeld herinneringen aan hebben. In de jaren 80 was het vaak hommeles tussen ‘een deel’ van de jeugd van beide buurtcentrums. Je had de jeugd van ’t Noot in de Wheermolen en de jeugd van Hollandia, die gevestigd was in de oude melkfabriek aan de Jaagweg. “Het was gewoon ‘oorlog’ tussen beide partijen.” Over en weer vonden er steeds vaker vechtpartijen en ongeregeldheden plaats.
Dan viel een groep van zo’n 30 tot 40 man van ’t Noot de melkfabriek aan de Jaagweg aan, waar de jeugd van Hollandia zat, waarbij ruw geweld niet werd geschuwd. Met fietskettingen, stoelpoten, boksbeugels, messen en loden pijpen werd er even verhaal gehaald waarna er weer represaille maatregelen volgde door de jeugd van Hollandia die vanaf de Jaagweg ‘marcheerde’ naar de Wheermolen. Zelfs afspraken om de strijd te beslechten zijn er gemaakt en werd de Koemarkt en de verschillende parken in Purmerend het strijdtoneel van één grote vechtpartij waarbij in het geval van de Koemarkt zelfs de Mobiele Eenheid werd opgeroepen om in te grijpen.
Ouders waren in die tijd als de dood als ze hoorden dat hun kind bij een van de jeugdgroepen was aangesloten. In de regel waren ze hier van niet op de hoogte omdat de jeugd de deur uitging onder het mom van een bezoekje aan een vriend of vriendin. Afgezien van jeugdwerkers bekommerde zich niemand om de jeugd en de politiek hield verder de boot af door een zak geld beschikbaar te stellen voor de jeugdwerkers en de buurtcentra. “Meer kunnen wij niet doen.”
Dan had je ook nog de jeugdgroep Fliss die hun clubhuis had aan de Nieuwstraat. Deze ging om onverklaarbare reden in vlammen op waarna ze onderdak kregen bij mevrouw Bakker – Tante Annie – uit de Nieuwstraat. Zij stelde haar schuurtje ter beschikking aan de jeugdgroep. Het schuurtje kreeg een kleine uitbreiding en werd gezellig ingericht met een barretje en lichtjes.
Nadat er brand was geweest in de melkfabriek aan de Jaagweg kwam de groep jongeren van Hollandia zonder ruimte te zitten. Omdat er goede contacten waren tussen de beide jeugdgroepen vonden deze bij tante Annie onderdak. Tante Annie moest elke avond wel 50 jongeren herbergen. De groep van Fliss bestond voornamelijk uit jeugd van 12 en 13 jarigen en die van Hollandia rond de 16 jaar.
Inmiddels was de ‘oorlog’ naar een ander ‘slagveld’ verplaatst. De jeugd van ’t Noot en Hollandia vochten in het park in Ilpendam hun meningsverschillen uit omdat het daar zo ‘gezellig’ was. In Ilpendam zat het jeugdhonk Sjilp. Deze koos meestal geen partij en was eigenlijk neutraal. Dat veranderde nadat 4 jongeren van Sjilp werden afgetuigd door jeugd van Hollandia. Een massale vechtpartij op het Tramplein tot gevolg die uren duurde en waar de politie maar geen vat op kreeg.
Een politieagent uit die tijd gaf aan dat hij het niet begreep. “Overigens is het vreemd dat het tussen de jeugd van Hollandia en ’t Noot steeds tot een uitbarsting komt. Op de verschillende scholen bestaan goede contacten tussen deze groepen onderling.”
Dit artikel is een samenvatting uit verschillende krantenartikelen uit die tijd. Heeft u herinneringen zoals verhalen of foto’s en wilt u deze delen? Wij staan open voor een deel twee, die we dan hopelijk door uw hulp gedetailleerder kunnen maken. Reageer onder dit artikel of mail naar [email protected].