Van slaapstad naar droomstad
59 jaar geleden begon het pittoreske Purmerend met het bouwrijp maken van een stuk grond. Binnen 6 decennia zou de gemeente groeien van 10.000 naar 80.000 inwoners. Met het slaan van de eerste paal van de Overwhere I in 1957 was er een onomkeerbare transformatie in gang gezet. Een transformatie van historische marktstad met regionale betekenis naar slaapstad.
Mensen uit de wijde omgeving trokken naar Purmerend. Ze ontvluchtten de te grote steden en de te kleine dorpen. De nieuwbouwwijken rondom de historische kern waren het beloofde land. Ruimte om te wonen, om gezinnen te stichten. De gemeente spaarde kosten nog moeite om een centrum te faciliteren voor de nieuwe stedelingen. Het historische riviertje “De Where” werd omgelegd om plaats te maken voor een infrastructuur van asfalt. En in de jaren 80 verrees in de historische kern een heus winkelcentrum. Met de bouw van het Willem Eggert Centrum plaatste Purmerend zichzelf op de kaart. Het zou voortaan samen genoemd worden met andere slaapsteden. Purmerend en Almere. Het was slechts een kleine wereld van verschil.
De laatste jaren begint Purmerend langzaam wakker te worden uit de sluimerstand. De stad krijgt een eigen identiteit. En het dromen begint.
Daar waar voormalig burgemeester Theun van Dam rond de millenniumwisseling nog duidelijk maakte dat Purmerend niet de basis heeft om toeristen te trekken, presenteerde oud-wethouder Berend Daan 10 jaar later vol trots de eerste toeristenfolder over onze stad.
Niet alleen ons stadsbestuur is bezig met deze transformatie. Ook de inwoners van Purmerend hebben een mening, een identiteit. Ze maken hun eigen dromen kenbaar. Daar waar een stad begint te veranderen, begint te dromen van verandering, daar ontstaan tegenstellingen.
We willen wonen. Meer betaalbare huurwoningen. Minder wachtlijsten. Maar tegelijkertijd strijden we voor de stukjes historie die we nog rijk zijn. Van het historische Bellevue op het tramplein blijven we af.
We willen werken in onze eigen gemeente. Het reizen naar de steden om ons heen begint na 40 jaar minder logisch te worden. En daarmee is de titel “slaapstad of forensenstad” eigenlijk van de baan. Maar te gelijkertijd zijn we kritisch op onze portemonnaie. Willen we parkeergeld betalen om naar onze binnenstad te gaan en zo onze lokale economie te stimuleren? Onze lokale bakkers. Onze lokale slagers. Of kopen we liever online, bij de grote ketens, of in de steden om ons heen daar waar het aanbod groter is. Zijn we bereid te wachten tot de Baanstee-Noord zich vult, of is dat stuk grond bijvoorbaat gedoemd te mislukken. Zijn we bereid om groen op te offeren voor werkgelegenheid? Of dromen we van allebei.
Verandering is het maken van keuzes. De beste stuurlui staan aan wal. En daarmee steek ik ook hand in eigen boezem. Maar zullen we elkaar een belofte maken? Dat we niet ophouden met dromen? En met een open blik naar de ontwikkeling in Purmerend blijven kijken? Niet alles is slecht. Zeker niet!
Als we blijven dromen en onze dromen kenbaar blijven maken, zal Purmerend blijven veranderen. Hopelijk van slaapstad in een droomstad.
Kopfoto: Conny Blokker
Ow echt! Is de Hazepolder ouder dan de overwhere! Weer wat geleerd!
Dank je voor de input Piet!
Groet, Eline
Klein puntje: Al in 1955 kwamen de eerste Amsterdammers naar de nieuwe woningen in de Hazepolder en daarmee begon feitelijk de ‘overloop’. Daarna kwam de Overwhere. Groet, Piet Jonker.