Purmerend – Mensen die in gebieden met een slechte luchtkwaliteit wonen, hebben meer kans om corona te krijgen en te overlijden aan de gevolgen van het virus. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM, Universiteit Utrecht, Wageningen University & Research en GGD GHOR Nederland.
De bevindingen benadrukken het belang van een schone(re) lucht in Nederland, niet alleen voor de volksgezondheid in het algemeen, maar ook om de impact van toekomstige epidemieën te verminderen.
Verhoogd risico
Uit het onderzoek blijkt dat in regio’s met een slechtere luchtkwaliteit dan gemiddeld, meer mensen door corona in het ziekenhuis terechtkwamen en overleden. In de periode tot 1 februari 2021 hadden in deze gebieden 400 tot 800 sterfgevallen door corona voorkomen kunnen worden als de luchtkwaliteit beter was geweest.
De onderzoekers keken ook naar de invloed van tijdelijk slechte luchtkwaliteit. Ook hieruit bleek dat er meer ziekenhuisopnames en sterfgevallen door corona waren op dagen met een hogere luchtvervuiling.
Fijnstof van veehouderij en wegverkeer
Het RIVM onderzocht ook de bijdragen van verschillende bronnen van fijnstof, zoals veehouderij, wegverkeer en industrie. Fijnstof van veehouderij bleek zowel de kans op besmetting met corona als de ernst van de ziekte te vergroten. Fijnstof van wegverkeer leek meer invloed te hebben op de ernst van de ziekte.
Belang van schone lucht
De resultaten van het onderzoek benadrukken het belang van een schone(re) lucht in Nederland. Dit heeft niet alleen een positief effect op de volksgezondheid in het algemeen, maar kan ook de nadelige effecten van toekomstige epidemieën verminderen.
Op de Atlas Leefomgeving is de actuele luchtkwaliteit in verschillende regio’s te bekijken.
Grasduinen in het rapport kan hier.
